Soms gebeuren er onverwachte dingen die ik eerst een plekje moet geven voordat ik erover kan schrijven. Schofterig gedrag in het verkeer. Ik had het al een keer meegemaakt samen met Erno. Een idioot die vond dat we te langzaam reden in de dichte mist en die ons weleens even uit de auto zou sleuren. Nu was ik alleen.
Een tijdje geleden, op een vrijdag, ging ik Erno van het werk ophalen. Op de rondweg stond ik bij het stoplicht stil achter een stinkende oude terreinwagen, die al een tijdje hooguit vijftig reed waar zeventig is toegestaan. Ik had er graag naast gestaan, maar de snelle jongens achter me waren me voor, ze zaten al op de rijstrook naast me voordat ik erlangs kon. Enfin, ik sukkelde nog een paar honderd meter achter de jeep aan tot ik kon inhalen en deed dat toen ook. Bij de volgende kruising ging ik naar rechts richting Hooghalen en meteen naar links om naar de parkeerplaats te rijden waar Erno me dan opwacht. Maar zo ver kwam ik niet. De auto haalde me rechts in, reed me klem en de jongeman stapte uit. Toen hij op mijn auto afliep had ik nog steeds niets door. Ik was me van geen kwaad bewust en reageerde hierdoor te laat. Het lukte niet om alle autodeuren op slot te doen. De opgefokte meneer trok mijn portier open en begon te schreeuwen en schelden dat ik hem gesneden zou hebben. Verstijfd bleef ik zitten en ik kon alleen maar bang mompelen ‘dat deed ik helemaal niet.’ Ik was een ‘achterlijk wijf’ en nog meer wat ik hier niet zal herhalen. Na een tijdje kreeg ik het voor elkaar om geforceerd rustig te zeggen: ‘laten we maar doorrijden, dat lijkt me beter.’ Hij smeet mijn portier met een denderende klap dicht en met veel bravoure scheurde hij uiteindelijk weg. Ik zag een kind bij hem op de achterbank zitten en dacht nog: jemig, je zal zo’n vader hebben, dan heb je een fijn voorbeeld.
En daarna kon ik alleen nog maar janken, ik heb Erno terug laten rijden want dat lukte me niet meer door de tranen. ’s Avonds, iedere keer als ik eraan dacht, schoot ik weer vol. Dat hele weekend heb ik me er vervelend door gevoeld, teleurgesteld in de mensheid en moe met barstende koppijn.
Terechte vraag is natuurlijk: waarom heb je geen aangifte van bedreiging gedaan? Want dat was het natuurlijk wel. Ik was zo geschokt op het moment zelf, dat ik geen autonummer heb genoteerd. Nu begrijp ik waarom mensen een dashcam in de auto hebben, dat is geen nutteloos speeltje zoals ik dacht, zo’n ding is hard nodig in deze tijd van schofterig gedrag en mensen met korte lontjes in het verkeer.