Dit zijn cruciale weken voor mensen die op 1 januari gestopt zijn met roken. Alles gaat weer zijn gangetje. Op een saggerijnige regenachtige maandagmorgen neem je een trekje van een collega en denkt: ach, eentje maakt toch niet uit. Ik hou het al twee maanden vol. Zwak moment en dan is de mens is geneigd te denken: helaas mislukt. En je begint weer.
Ik heb ook gerookt. Voor het eerst geprobeerd toen ik een jaar of twaalf was. Nooit vergeten, ik zie het nog zo voor me. Vakantie op de Veluwe. Samen met een vriendje en vriendinnetje zaten we achter op de bumper van de Volkswagen Kever van haar ouders. Toen we er eentje op hadden, wisten we niet wat we met de rest moesten, dus rookten we met zijn drieën het hele pakje leeg. Groengrauwe gezichten, misselijk, doodziek waren we. Dat onze ouders niets merkten, kan ik me nu niet voorstellen, de rooklucht moet diep in onze kleren en haren zijn doorgedrongen. Maar goed, ik was niet gewend om stiekeme dingen te doen en ik kon een week niet slapen. Toen biechtte ik het midden in de nacht op aan mijn moeder. Die reageerde verstandig en zei: ‘Omdat je zo eerlijk bent, krijg je geen straf, maar je moet het echt niet meer doen’. Dat het ongezond was vertelde ze er niet bij, het was in de tijd dat mijn vader stevig rookte en mijn moeder voor ‘de gezelligheid’ meedeed. Het was de tijd dat roken gewoon was.
Als vijftienjarige ging ik toch roken. Waarom? Ik weet het niet. Stoer doen, meedoen. Zoiets zal het wel geweest zijn.
Bijna vijfentwintig jaar geleden ben ik gestopt en dat was niet gemakkelijk. Wij besloten om in de zomervakantie op te houden met roken. Daar zaten we in ons tentje, een week lang in de stromende regen. Dat was gedoemd te mislukken. Andere aanpak na de vakantie. Erno stopte eerst. Op een zondag zijn laatste shagje. Colt Turkey. Ik heb afgebouwd tot het trouwfeest van vrienden in oktober. Dat was voor mij een passende methode. We hielden het beide vol.
Een paar maanden later overleed mijn moeder veel te jong aan een hartinfarct. Ze werd maar zevenenzestig. Het stomme was dat mensen in mijn omgeving toen zeiden dat ze zich voor konden stellen dat ik weer begon met roken. Dat ik troost zou zoeken in een sigaret. Woest werd ik. Voor mij was het overlijden van mijn moeder juist een rede om echt nooit meer te willen roken, want in haar familie kwam veel hart en vaatziekten voor.
Dus ex-rokers met rook neigingen. Zet door! Ook als je een zwak moment hebt. Jullie kunnen het!